Nu de quarantaine geleidelijk aan zijn greep begint te lossen, kunnen we zachtjesaan opnieuw van het daglicht en de frisse lentegeur genieten. Na ik-ben-de-tel-kwijt-aantal weken, word ik ook opnieuw op school verwacht om terug ter plaatse te gaan werken.
Ik moet eerlijk toegeven: de voorbije weken waren zwaar. We werden getest op alle mogelijke manieren, opeens moesten we alles wat normaal en gekend was, aanpassen en een volledig nieuw ritme opbouwen. Veerkrachtig als de mens is, doen we dat ook gewoon. Niet zonder slag of stoot, maar uiteindelijk kunnen wij ons wel aanpassen aan zo’n intense, maar onzekere periode.
De work-life-son balance was daardoor ook niet altijd even eenvoudig. Vooral gedurende de eerste weken, was het uitzonderlijk zwaar. Ik werkte tijdelijk aan 200% (als je werkzaam bent in de informatica-sector, niet geheel onverklaarbaar), Eveline had haar studeerwerk te doen en Vic… ja, die was thuis. Enerzijds kon hij heel gemakkelijk wennen aan het feit dat zijn mama en papa de hele dag thuis waren (kot voor hem alleen!), anderzijds hadden diezelfde mama en papa niet altijd evenveel aandacht voor hem. We merken dat hij het daar wel soms lastig mee had. Hij zit nu ook wel in een fase waarin hij vanalles wil ontdekken, zoveel mogelijk wil doen. En we wonen nu eenmaal op een appartement met (slechts) een klein terras. Geen grote tuin dus ter beschikking waar hij vrij kan rondlopen en ravotten.
Hoe hebben wij dat evenwicht gezocht en gevonden? Trial en error natuurlijk! Want is dat niet gewoon wat opvoeden is? Iets proberen en als het niet werkt, op je stappen terugkeren en jezelf aanpassen? Natuurlijk brengt zo’n situatie spanningen met zich mee. Het is pas achteraf dat je terugkijkt op de situatie en evalueert wat goed liep en wat eventueel mis ging. En daaruit leer je uit. Dat is voor mij de kern van ‘opvoeden’…